Wie een pensioenverzekering heeft op kapitaalbasis, heeft pech als de rente laag is op de pensioendatum. Door de aankoop van de pensioenuitkering te knippen in twee stukken is het mogelijk te ‘gokken’ op een rentestijging en daarmee een beter pensioen (pensioenknip). Aan het begin van de financiële crisis werd de pensioenknip geïntroduceerd. Na een korte periode van afwezigheid wordt de pensioenknip nieuw leven ingeblazen, signaleert Bas Kortenbach.
Op 8 juli 2015 is de zogenoemde pensioenknip weer opengesteld voor mensen met een pensioenverzekering op kapitaalbasis. Met de zogenoemde ‘pensioenknip’ is het mogelijk om de aankoop van de pensioenuitkering te knippen in twee momenten: eerst een klein deel voor een tijdelijke pensioenuitkering en later de de rest voor een levenslange pensioenuitkering.
Veel pensioenproducten werken op basis van een pensioenkapitaal. Op de pensioendatum moet het pensioenkapitaal worden omgezet in een pensioenuitkering. Daartoe moet een nieuwe verzekering gesloten worden. De hoogte van de pensioenuitkering is afhankelijk van de verzekeringstarieven op de pensioendatum. De verzekeringstarieven zijn weer afhankelijk van de rente op de kapitaalmarkt. Is de rente laag, dan zal de uitkering ook laag zijn. Is de rente hoog, dan zal de uitkering hoger zijn.
Lage rekenrente nadelig voor pensioenuitkering
De achtergrond van de pensioenknip is gelegen in de lage rekenrente bij de aankoop van een pensioenuitkering. Voor mensen die een pensioenkapitaal moeten omzetten in een pensioenuitkering, leidt die lage rekenrente tot een laag pensioen. Uitstellen van het aankoopmoment is vaak niet mogelijk waardoor mensen geconfronteerd worden met een teleurstellende pensioenuitkering.
Door de aankoop van de pensioenuitkering (deels) uit te stellen kan men inspelen op de verwachting dat de rekenrente stijgt. Daarnaast kan het resterende pensioenkapitaal langer worden belegd en kan er meer rendement worden behaald. Als de rekenrente op het tweede aankoopmoment hoger is, dan kan een hogere pensioenuitkering worden aangekocht, zo is de gedachte.
De oude pensioenknip heeft weinig voordeel gebracht voor de pensioengerechtigden. De rekenrente blijkt zich al langere tijd op een dieptepunt te bewegen en lijkt nog steeds te dalen. In plaats van een hogere uitkering, hebben de mensen die in het verleden hun pensioen hebben ‘geknipt’ vaak een lagere uitkering. Daarnaast was het onder de oude regeling niet mogelijk om de tweede uitkering bij een andere aanbieder onder te brengen. Men had niet de mogelijkheid te shoppen op het tweede aankoopmoment.
Voor de huidige regeling van de pensioenknip moet shoppen tussen de verschillende aanbieders wel mogelijk worden. Staatssecretaris Jette Klijnsma schrijft in een brief aan de Tweede Kamer dat zij dit wil verankeren in wetgeving.
Hoe aantrekkelijk is pensioenknip?
Of het aantrekkelijk is de pensioenknip toe te passen hangt sterk af van je persoonlijke situatie en toekomstverwachting. Zoals gezegd kan het positief uitpakken maar ook negatief.
Het doorbeleggen van het pensioenvermogen lijkt aantrekkelijk maar je mag daar niet teveel van verwachten. Door de korte resterende looptijd van de beleggingen is het vaak niet verantwoord om risico te lopen in de beleggingen. Veelal komt men uit op beleggingen in obligatiefondsen. Een kenmerk van dergelijke fondsen is dat de waarde daarvan stijgt als de rente daalt en andersom.
De pensioenknip wordt toegepast indien men een stijgende rente verwacht. Dan kan immers een hogere pensioenuitkering worden gekocht voor het beschikbare kapitaal. Echter door te beleggen in obligaties wordt dit effect (deels) weer teniet gedaan. Bij een stijgende rente zal de waarde van de obligatiebelegging dalen.
De obligatiebelegging kent een vaste geldstroom die bestaat uit rente en aflossing op de einddatum. Als de marktrente stijgt, wordt die vaste geldstroom relatief minder aantrekkelijk ten opzichte van de markt en zal de waarde dus dalen. Bij langlopende obligaties is dit effect sterker dan bij kortlopende obligaties.
Daarnaast dient men bij de pensioenknip rekening te houden met extra (advies)kosten. In plaats van één aankoopmoment met advieskosten zijn er bij de pensioenknip twee aankoopmomenten met advieskosten.
De gedachte van de pensioenknip is op zich goed. Maar in het huidige economische klimaat is het zeer de vraag of daadwerkelijk voordeel behaald kan worden met de pensioenknip.
Bas Kortenbach is werkzaam als zelfstandig belastingadviseur in de regio Den Haag. Hij heeft zich gespecialiseerd in pensioenen en inkomensvoorzieningen voor ondernemers. Voor Z24 levert hij vooral bijdragen op het gebied van oudedagsvoorzieningen en inkomensvraagstukken.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl